top of page

Wormen

 

Wormen zijn er in verschillende soorten: hartwormen, zweepwormen, lintwormen en ronde wormen (haak- en spoelwormen).
Hartwormen worden veroorzaakt door een muskiet die in Europa met name in Frankrijk en Italië voorkomt en niet in Nederland. Zweepwormen zijn relatief zeldzaam bij huishonden maar komen met name in kennels met matige hygiëne voor.
In Nederland zijn onze honden of katten meestal besmet met spoelwormen en/of lintwormen.
Lintwormen
De lintworm leeft in het laatste deel van de dunne darm van uw hond of kat.
Een lintworm kan enkele millimeters tot enkele meters lang worden.
Ze bestaan uit een kop en een groot aantal schakels.
Deze schakels zijn gevuld met lintwormeitjes en zijn te vinden in de uitwerpselen of op de vacht van uw huisdier.
Ze lijken op kleine rijstkorrels.
De schakels worden opgenomen door zogenaamde tussengastheren, bijvoorbeeld vlooien en luizen.
Als uw hond aan zijn vacht likt, of speelt met een andere besmette hond, kan uw hond dus zo'n besmette vlo binnenkrijgen.
De vlo met de eitjes komt vervolgens in de darm en uit de eitjes komen larven die zich ontwikkelen tot volwassen lintwormen.
Een besmet dier vermagert meestal en kan een doffe vacht krijgen.
Bij een lintwormbesmetting is het dus belangrijk om zowel de lintworm te bestrijden als de tussengastheer, de vlo.
Spoelwormen
Aan de buitenkant van uw huisdier is vaak helemaal niet te zien of uw hond of kat een spoelwormbesmetting heeft.
Het grootste deel van de levenscyclus van de spoelworm speelt zich af in het lichaam van uw huisdier en dan met name in de dunne darm, de longen en de lever.
Alleen volwassen wormen komen soms naar buiten via braaksel of de ontlasting.
Deze zien er dan uit als roze of gele spaghettidraadjes en kunnen bij de hond 9 - 17 cm lang zijn en bij de kat 5 - 10 cm lang.
De wormeitjes komen wel in grote aantallen met de ontlasting naar buiten maar zijn microscopisch klein en komen in vlagen.
Een hond of kat neemt een eitje op van buiten, uit dit eitje komt een larve vrij.
Deze larve boort zich door de darmwand heen en maakt met de bloedstroom mee een tocht langs alle organen.
Daar kapselen ze zich tijdelijk in.
Alleen de larven die in de longen terecht komen gaan door de bloedwand heen naar de luchtwegen en worden opgehoest door de keel en weer ingeslikt en naar de darm getransporteerd waar ze uitgroeien tot een nieuwe worm.
Daar voeden ze zich met het voedsel wat zich in de darm bevindt.
Deze worm kan wel 200.000 eitjes per dag produceren.
De eitjes komen met de ontlasting naar buiten en de cyclus begint opnieuw.
Jonge dieren worden bij de geboorte al door de moeder besmet.
De rustende larven die in de organen van het volwassen dier zitten worden bij dracht weer actief.
Deze komen weer in de bloedbaan terecht en via de navelstreng in het bloed van de pup.
Na de geboorte van de pups verplaatsen de larven in het moederdier zich naar de melkklieren en zo worden de pups ook via de melk besmet.
Bij volwassen dieren merk je weinig van een spoelwormbesmetting.
Voor de pups is het echter wel gevaarlijk, bij een ernstige besmetting kunnen de dieren zelfs sterven.
Verder produceren ze enorme hoeveelheden eitjes waarmee ze de ouderdieren en ook mensen kunnen besmetten.
De eitjes kunnen door mensen worden opgenomen en de larven komen vrij in de darm waarna ze via de bloedbaan een trektocht door het lichaam starten.
Ze kunnen zich inkapselen in verschillende organen zoals de lever, longen, hersenen en ogen.
Daar kunnen ze ontstekingsreacties veroorzaken.
Haakwormen
Haakwormen zijn ook ronde wormen maar een stuk kleiner dan spoelwormen.
Hoewel de haakworm meer van warme leefgebieden houdt komt hij een enkele keer voor in West-Europa.
Deze wormsoort dringt door de huid van uw huisdier naar binnen om via de bloedbaan de darm te bereiken.
In de darm ontwikkelt zich binnen drie weken een volwassen haakworm.
Haakwormen voeden zich met darmcellen.
Zij veroorzaken dus nog meer last dan spoelwormen die zich tevreden stellen met het voedsel dat zich in de darm bevindt.
In de darm ontwikkelt zich binnen drie weken een volwassen haakworm.
Ontwormen
Jonge dieren: op 2, 4, 6, 8 weken en daarna elke maand tot de leeftijd van 6 maanden.
Volwassen dieren: 2 keer per jaar.
Teven en poezen voor de dekking en na de bevalling een keer extra ontwormen.
Als er na een ontworming veel spoelwormen met de ontlasting naar buiten komen kun je er zeker van zijn dat er nog wel larven in het lichaam aanwezig zijn.
Bovendien eten de wormen niet allemaal tegelijk het wormmiddel op zodat niet alle volwassen wormen tegelijk dood gaan.
Daarom moet de kuur dan na 3-4 weken een keer herhaald worden.
Niet alle kuren zijn werkzaam tegen alle wormen.
Let u erop dat u voor de half jaarlijkse ontworming een totaalkuur gebruikt.
Wormenkuren zijn verkrijgbaar bij ons, dierenspeciaalzaken, en uw dierenarts en dezen kunnen u dan ook adviseren bij de keuze van de juiste wormenkuur.

bottom of page